HamaNelis

Stofwisselings stoornissen bij paarden

Paarden zijn op schraal voer gespecialiseerde eters, die de hele dag in beweging zijn. Ze gaan niet net als andere graseters, koeien, al schrokkend door de wei en dan op hun gemak een tijdlang liggen herkauwen. Hun spijsverteringsstelsel is heel anders ingedeeld. Maar één naar verhouding klein maagje met een hele sterke cardiaspier die alleen maar voedsel, vloeistof en gas in de maag toelaat maar niet terug de slokdarm in, en dus braken verhindert. En een enorm groot fermentatievat, eigenlijk twee, nl. de blinde darm (latijnse naam caecum) en de dikke darm (colon), die tot grote proporties zijn uitgegroeid. Heeft ons paard per ongeluk giftig of bedorven voer gegeten, of veel te veel in een keer dan heeft-ie een groot probleem want braken gaat niet. Daarbij zijn het ook nog prooi- of vluchtdieren, die heel sensibel reageren op stress (een paard maakt naar verhouding 15-35 keer zoveel (stress)hormonen aan in de bijnieren en de bijnierschors als de mens), hetgeen natuurlijk zijn uitwerking op de spijsvertering niet mist. Het spijsverteringsstelsel van paarden is een complex en kwetsbaar systeem dat gemakkelijk wordt verstoord.
Veel paarden reageren met diarree of mestwater op stressvolle omstandigheden, ziektes, parasieten, snelle voerwisseling, verkeerd of bevroren voer en nog veel meer… Diarree kan zich ontwikkelen als gevolg van een aantal factoren, waaronder het eten van verontreinigd of onbekend voer, te veel eten van graan, zand of vuil, infectie door bacteriën of virussen, ziekten van de dikke darm, vergiftiging door planten, arsenicum of fosforvergiftiging, parasieten, en diverse systemische ziekten. Transport van het paard, verandering van de ontwormingsroutine of behandeling met bepaalde antibiotica kan ook diarree veroorzaken.

Niet verwonderlijk dat veel van mijn patiënten in de categorie maag-darmklachten terecht komen. Ook de enorme lengte, de vele kronkels en flexuren van de darmen, opgehangen aan een darmscheil (een soort netwerk van bindweefsel, bloedvaten en zenuwen) met heel veel speling kunnen voor flinke problemen zorgen. Ze raken soms in de knoop, knellen zichzelf af of dringen door in buikruimtes of zelfs borstruimtes waar ze niet thuishoren. Het zal u niet verbazen dat dat snel tot levensbedreigende situaties kan leiden. In zulke gevallen, wanneer uw paard duidelijk pijn heeft, veel ligt, de oren en benen koud zijn, het tandvlees bleek of de hartslag onregelmatig altijd de dierenarts raadplegen.

We slaan de mondholte en slokdarm, die immers ook deel uitmaken van het spijsverteringsstelsel, voor de overzichtelijkheid maar even over. Daarover meer in een ander artikel.
Om maar vooraan te beginnen:

Maag :

Gastritis is een ontsteking van de maagwand, waarbij men onderscheid moet maken tussen het klierrijke (glandulaire) en het klierarme (squameuze) deel. De meeste ontstekingen en maagzweren komen voor in het bovenste gedeelte, het squameuze deel, omdat het niet de beschermende mechanismen heeft tegen het maagzuur als het klierrijke deel, waar dat zuur wordt geproduceerd. Oorzaak van een gastritis kan naast stress nog meer zijn: te weinig naar buiten, fouten bij de voeding zoals slechts een paar voermomenten op de dag, te veel granen/mueslis/biks,  overmatig trainen, veel moeten reizen, competities, medicijn bijwerkingen, of bv. een ernstige parasieten besmetting. In het klierrijke deel dat vrijwel ongevoelig is voor het maagzuur komt het ook voor, maar daar is de oorzaak onduidelijker en meestal meer te zoeken in (bacteriële) infecties, verhoogd of langdurig gebruik van NSAID’s, Soms ontstaat er in het klierrijke deel een remming van het maagzuur, waarbij de vertering in het gedrang komt. Vaak is de productie normaal of overmatig en in het laatste geval zal het paard proberen het zuur te neutraliseren met lucht (luchthappen) of speeksel (smakken, kribbebijten, tandenknarsen, loze kauwbewegingen).

Darmstelsel:

Enteritis is een ontsteking van de dunne darm,  colitis een ontsteking van de dikke darmwand. Als die niet alleen aangetast is, dan spreken we van typhlocolitis (dikke darm + caecum), enterocolitis (dikke + dunne darm) of gastroenterocolitis (hele maagdarmkanaal). Vaak blijft de toestand bij heel jonge paarden tot de dunne darm beperkt, bij ouder dieren is het meestal een combinatie. Om achter de oorzaak te komen is een uitgebreid onderzoek nodig, inclusief de omgeving waarin het paard meestal verblijft, uiteraard het dieet, de ziektegeschiedenis, en de constitutie van het dier. Bij acute toestanden zijn het meestal infecties met bacteriën zoals Clostridium of Salmonella, of een virus zoals Corona, of een parasitaire infectie met wormen. Bij chronische toestanden, en die kom ik veel tegen, is de anamnese van groot belang, en zijn het vaak gevallen waarbij al veel middeltjes zijn geprobeerd, en niets hielp echt of gaf blijvend resultaat. paard eet rode bloemen In de helft van de gevallen blijft de oorzaak onbekend, of het is een combinatie van een heel aantal tegelijk, waarbij altijd de constitutie en de psyche van het paard ook een duidelijke rol speelt. U moet bedenken dat paarden erg gevoelig zijn voor stress, het karakter van het dier is daarbij erg belangrijk, en dat heeft zijn weerslag op de gezondheid van het spijsverteringsstelsel. Ook behandeling met antibiotica, of corticosteroïden, hoe levensreddend die ook zijn, kunnen drastische verandering in de darmgezondheid teweeg brengen. De verschuiving naar een andere soort darmflora als gevolg daarvan komt bij mensen al voor, paarden zijn extra gevoelig voor een disbalans in de flora waarbij sommige “foute” soorten de overhand krijgen, met enteritis of colitis als gevolg. Zodra de gezondheid van de dikke darm is verstoord, wordt het vermogen ervan om de normale functies van spijsvertering en absorptie uit te oefenen, ernstig aangetast. Door zijn fysiologie is het paard erg afhankelijk van de juiste balans in de darmflora. Een bekend voorbeeld zijn renpaarden die vaak antibiotica krijgen tegen luchtweg- en andere infecties, en als gevolg daarvan secundaire colitis ontwikkelen door de verschuiving in de darmflora. Door de enorme inhoud van het darmstelsel bij het paard  kan dit snel tot grote verliezen aan vocht, proteïnen, elektrolyten en andere voedingsstoffen leiden. Dat moet door een aangepaste voeding weer op peil worden gebracht. Ik werk niet zo snel met supplementen of aanvullende voeders, maar in zo’n geval is het wel nodig. Het paard heeft de beste ondersteunende zorg nodig om de verliezen te compenseren en de darmgezondheid weer te herstellen. Het slijmvlies van de darmen heeft dagen, zo niet weken nodig om te regenereren, en de darmflora veel langer. Mijn ervaring bij de laatste is dat het soms wel tot een jaar kan duren voordat de balans weer is hersteld en het paard dus zichtbaarder gezonder is. Gelukkig gaat dat met de juiste zorg meestal een stuk sneller. Let op deze signalen die zweren/ontstekingen in de darm kunnen aangeven: gewichtsverlies en/of algemene achteruitgang van de lichamelijke conditie, weerstand onder het zadel, prikkelbaarheid en andere veranderingen in het gedrag, gebrek aan energie en uithoudingsvermogen, verlies van eetlust, gedrag dat wijst op ongemak, zoals omkijken, schoppen of onlogische pootbewegingen richting buik, te veel liggen, of bij bloedtests een consistente, maar hele geringe bloedarmoede. En vanwege de grote omvang en positie van de darm zijn symptomen die vaak worden toegeschreven aan maagzweren, waarschijnlijker eerder een teken van darmontstekingen: singelvrees, gevoeligheid in het flankgebied, moeite met draaien, verzameling en verruiming van de gangen.

paard kijkt achterom naar flankKoliek is eigenlijk een verzamelnaam voor allerlei pijnlijke pathologische toestanden van het maag-darmkanaal en een symptoom: ernstige pijn. Er zijn enorm veel oorzaken voor bekend: fouten in de voeding, opstalling, stress, angst, vergiftigingen, onderkoeling, weeromslag, stoornissen in het zenuwstelsel en/of doorbloeding van de darm door vaatveranderingen, inslikken van harde voorwerpen, grote hoeveelheden zand, besmetting met maag/darm parasieten. Maar ook gedragsstoornissen als luchthappen kunnen koliek veroorzaken. Ze worden meestal onderscheiden naar de oorzaak; gaskoliek, krampkoliek, verstoppingskoliek, maagruptuur, maag overvulling, darm inklemming of -draaiing of -afsluiting.
Ze zijn gevaarlijk en regelmatig levensbedreigend, dat weet elke paardenbezitter. Bij verdenking op koliek moet zonder uitstel de dierenarts worden geraadpleegd. Het zijn altijd noodgevallen, en alleen de dierenarts kan beslissen of een behandeling op locatie mogelijk is, of dat het paard direct naar de kliniek moet voor een operatieve ingreep. Ter voorkoming en nazorg ervan kan een complementaire behandeling zeer zinvol zijn.

Diarree en mestwater is bij paarden een veelvoorkomend probleem. Bij mestwater is de mest zelf nog redelijk vast, maar komt er een grote hoeveelheid bruin water mee dat aan de achterbenen plakt, de huid verontreinigt, en ontstekingswonden veroorzaken kan. Bij diarree is de mest zelf waterig, papperig met soms slierten slijm of zelfs bloed. Meestal zijn ze vrij snel te verhelpen, maar soms kunnen het hele hardnekkige en moeilijke problemen worden.
Er zijn veel oorzaken voor aan te wijzen, en een uitgebreid vraaggesprek plus zo nodig mestonderzoek, labotests brengen die aan het licht. Ook psychische oorzaken spelen regelmatig een rol bij de hele hardnekkige gevallen, en dan bedoel ik niet een geestelijke afwijking natuurlijk, maar stress, angst, frustratie, verveling, of gebrek aan sociaal contact. Constante lichte pijn als gevolg van een chronische lichte ontsteking, of voedingsfouten bv. een verkeerde calcium/fosfor verhouding waardoor spieren, pezen en aanhechtingen op het bot erg gevoelig worden. Ook de stalling, dagbesteding en verzorging van het paard dienen dan kritisch bekeken te worden, want veel van de manieren waarop we met een paard plegen om te gaan doen geen recht aan zijn of haar natuur. Zo kan ook bv. het bitgebruik een oorzaak zijn, waarbij de eigenaar dan toch zal moeten overwegen voor het welzijn van zijn of haar dier om bitloos rijden een kans te geven. Ik heb het al een aantal keren meegemaakt, en na de overstap verdwenen de problemen vrijwel direct. Meestal is er voor mestwater niet een enkele oorzaak aan te wijzen maar spelen er verschillende een rol. Ik heb er ondertussen een aardig lang lijstje van aangelegd en deze als vragen in de anamnese of intakegesprek verwerkt.

Voorkomen is beter dan genezen, natuurlijk

Om al die ongemakken te voorkomen zijn een aantal zaken echt belangrijk;
De voeding: veel voermomenten op een dag, niet te veel tegelijk, het liefst zo natuurlijk mogelijk, omdat een aantal conserveringsmiddelen en andere kunstmatige toevoeging aan kant en klaarvoer op de lange duur de problemen kunnen veroorzaken. Kruidenmengsels kunnen de eenzijdigheid van de voeding doorbreken en komen tegemoet aan de natuurlijke verzamel en knabbelbehoefte van het paard als er schors in verwerkt is. Verse kruiden is uiteraard nog veel beter, maar dan moet u goed weten wat u doet, omdat een aantal goede planten bedrieglijke dubbelgangers heeft, die giftig kunnen zijn, of nog meer problemen kunnen veroorzaken. Uiteraard is het ook belangrijk goed op het gras in de weide (het fructaanrisico wordt dagelijks gepubliceerd) te letten; veel beter hoog al uitgegroeid gras, met veel ruwe vezels, dan jong en sappig groen. Dat laatste al helemaal niet als uw paard al mestwater of diarree heeft. En als er een keer moet worden omgeschakeld van voersoort, dan zo langzaam mogelijk om de darmflora de kans te geven zich goed aan te passen.
Heeft uw paard ooit een ernstige wormbesmetting gehad, een operatie of een kuur met corticosteroïden, of veel breedspectrum antibiotica die de darmflora mogelijk hebben veranderd, dan is het ook raadzaam de voeding daarop aan te passen, en een goede basis te leggen voor het substraat waarop de darmbacteriën goed kunnen gedijen.
Ook wat betreft de houding is zo natuurlijk mogelijk de boodschap, veel  of zo mogelijk altijd buiten, weinig of geen opsluiting in de box, en zo veel mogelijk lichte beweging.
De verzorging hoort daar ook bij: stressfactoren identificeren en reduceren, rekening houdend met ‘t karakter van het paard, sommige zijn nu eenmaal veel gevoeliger dan andere.
Homeopathie kan goed helpen onduidelijke klachten op te lossen, maar is geen vervanging voor een goede gezonde verzorging.
Kruiden kunnen heel effectief zijn bij stofwisselingsproblemen, en er bestaan al sinds de oudheid vele goede recepten voor. Ook in de hele oude Romeinse geschriften vinden we ze terug, zoals de Mulomedicina Chironis (“muildierengeneeskunde van Chiron”). Paarden en ezels waren immers het belangrijkste vervoer en transport middel en van groot militair belang, en dus hielden de veterinarii zich er ook al heel vroeg mee bezig; met een paard met diarree is het lastig gebieden te veroveren. De bijbehorende bezweringen en gezongen magische spreuken uit die tijd hebben we al lang vervangen door goed gefundeerd wetenschappelijk onderzoek, sommige geneeskrachtige kruiden zelfs zo intensief dat daar een eigenlijk niet meer te overtreffen evidentiegraad voor bestaat. Het best werken ze als ze individueel op ons paard zijn aangepast in plaats van een standaard maag-darmkanaal mix. Er zijn immers geen standaard paarden met standaard magen en darmen en ook geen standaard ziekten.
Acupunctuur tenslotte kan een goed begeleiden therapie zijn voor hele hardnekkige gevallen, vooral als de stoornis voor een groot deel op stress, geïrriteerde darmen, of zwakte berust. kruidenmix

Don`t copy text!